Examen zweetcursus basis

Zondag 1 maart

Waar?

In Doorn, tricky want in deze omgeving ben ik al eens verdwaald en heb ik er van geleerd? Ja zeker! Meestal gaat het goed en soms toch weer mis. Ik heb de route op mijn autonavigatie en op mijn telefoon. Het laatste komt rechtstreeks van de routebeschrijving van de site van Honden op het spoor en is heel accuraat. Ja de navigator madam wil me weer de 207 opsturen, maar dat gaan we niet doen, ik volg google en ga de 206 op. Juiste keuze want we komen ruim op tijd aan. Helaas gaat mijn voornemen om nog even naar het toilet te gaan de mist in, na de laatste 20 minuten geleden kom ik er geen meer tegen.

Stom

Dan maar in het bos. Is hier een bord met spoor 1? Nee, dus ik kan wel even. Krijg ik even later de wind van voren want er loopt toch een spoor daar waar ik geplast heb, wat overigens niet lukte. “Ik had het even moeten vragen aan de trainers” en ja hier heb ik even niet aan gedacht en maak mijn excuses.

Flesje trekken

Iedereen is er en we gaan loten. Met kleine flesjes Jägermeister, ja wel. Blaine en ik zijn nummer 5, de laatste. Ik wil niet graag de eerste zijn, maar de laatste is ook niets. Lang wachten dus. Dat valt allemaal reuze mee, Kirsten met haar kruising Pointer is heel snel terug. Ans doet er wat langer over met haar Petit Fauve de Bretagne en de Duitse Staande draadhaar Noa met Dave zijn ook snel. Wanneer Kirsten, ja ze heeft 2 honden, met Woody aan de beurt is, gaan Blaine en ik inlopen.

Ons Spoor

Rond 14.00 uur gaan wij beginnen. Ik zie Kirsten aankomen in de verte met Woody en Blaine en ik lopen die kant uit, want ze zijn klaar. Het is een hele tippel en Blaine heeft er zin in, ze is bijna niet te houden. Luchtjes alom en haar neus maakt overuren. We komen aan en maak kennis met de keurmeester.

Waar is het wondbed?

De trainer zegt waar het wondbed is, onder de oranje knijper en wijst aan welke richting het wild is gelopen. Ik vraag het nog een keer goed, want het is alleen maar dicht begroeide naaldbos daar.

 Alles volgens het boekje

Wat betreft het aankleden, Blaine heeft haar gewone lijn om en ik sta er op. Ik pak mijn tas en haal de zweetlijn en band eruit. Ik leg de zweetlijn uit en zorg dat het niet in de knoop zit. Ik doe de halsband om en de gewone riem af en bevestig de zweetlijn aan de band. Ik zorg dat de riem met band omhoog en via de rug loopt. Blaine moet zitten en ik leg de tas naast haar. Achteruit lopend ga ik naar het wondbed en maak Blaine nieuwsgierig. Ik loop terug en Blaine zit nog, ik zeg “braaf” tegen haar. Ik pak haar aan de halsband vast en we lopen naar het wondbed. Blaine ruikt en ze is meteen resoluut. Vaak loopt ze rondjes en moet ik haar de ruimte geven, zodat ze het spoor goed in zich op kan nemen. Dat hoeft nu niet, ze gaat meteen de goede richting op.

Het spoor

Met een zeker en snel tempo loopt Blaine op het spoor. Iets door de poten gezakt en kop omlaag. “Misschien moet je Blaine wat aanmoedigen om door die dennenbomen te lopen”, zei de trainer eerder. Nou nee hoor, ze gaat er dwars doorheen en ik moet zorgen dat ik op de been blijf. Ik zie de haak, Blaine ruikt eraan en ik steek mijn hand op. Zo weet de keurmeester dat ik het gezien heb. Blaine gaat goed, maar even later twijfelt ze, ik geef haar iets ruimte. Niet te veel en weer gaat Blaine dwars door de dennenbomen. Echt met een bijna moordend tempo gaat ze verder. De tweede haak heb ik niet gezien en er is een moment dat Blaine het even niet weet, niet te veel lijn geven en op Blaine vertrouwen en daar gaat ze weer. Tuurlijk zit de lijn af en toe vast of gedraaid aan takken en bomen, maar het valt me mee en ik kan er tegenwoordig aardig mee om gaan.

Laatste spurt

Hmm, wat gaat ze nu doen? Ik heb het idee dat we er bijna zijn. Ja, ik zie het knijpertje en eronder ligt wat. Nu moet Blaine het nog ruiken. Met een bocht gaat ze en ja nu vindt ze het. Het is een behoorlijk dik reeënpoot. Heel knap gedaan Blaine. We krijgen beiden het welbekende tak van een naaldboom.

Heel knap gedaan Blaine

De trainer en keurmeester zijn laaiend enthousiast over de manier hoe ze het spoor liep. En ik ben zo blij en trots! Nu heeft Blaine net als haar zus Nola het examen basis gehaald van ‘honden op het spoor’ en we gaan verder met de gevorderden cursus.

Theorie

En hoe doe ik het met de theorie vragen?

  • Waarvoor wordt een papierenzakdoekje gebruikt?

Dit is om te bekijken of een druppel op de grond wel echt zweet is. Even met een papierenzakdoekje erop deppen en je ziet het meteen. Ik had dit antwoord fout, ik had geen idee en vulde in ‘om je handen af te vegen’.

  • Hoe reageert een ree op een krellschot?

Het ree valt meteen neer en staat daarna weer op. Ik had geen idee en vulde in dat het een sprongetje maakt en daarna verlamd is.

  • Hoeveel jongen krijgt een Hinde?

Over het algemeen 1 jong, heel soms 2. Dit wist ik wel.

Er waren nog wat vragen volgens mij, maar die weet ik niet meer. Het komt er op neer, dat ik veel te veel geleerd heb en ook verkeerd.

Wondbedden

Je hoeft er maar 2 te benoemen. De eerste weet ik vrij snel en is hart. De tweede denk ik dat het een loper is en de derde weet ik vrijwel zeker en is een kaakschot. Ik maak twee fouten, ten eerste geef ik toch op alle drie een antwoord en ik twijfel over het tweede wondbed en verander de loper in een krellschot die fout is. Had ik nu gewoon het eerste en derde wondbed ingevuld, dan was er niets aan de hand geweest.

Resumé

Het was een leuke, heel leerzame  cursus, leuke groep en leuke trainer. Wordt vervolgd.